Ondertussen bij de mensen thuis #3 - Met Kop en Staart
16107
post-template-default,single,single-post,postid-16107,single-format-standard,ajax_fade,page_not_loaded,,qode-theme-ver-9.1.3,wpb-js-composer js-comp-ver-4.11.2.1,vc_responsive

Ondertussen bij de mensen thuis #3

30 apr Ondertussen bij de mensen thuis #3

‘In mijn hoofd zag ik die beweging langzaam over Europa trekken. Alsof het een van de plagen van Egypte was…’

In de aanloop naar Bevrijdingsdag elke dag een interview met een Arnhemmer: hoe overbrug jij deze periode?

 

Rietje Havekes (75), Holthuizen

Hoe gaat het met u, in deze tijd?
‘Er is wel het een en ander veranderd… Alleen al het feit dat we niemand meer kunnen ontvangen. Maar we zijn met z’n tweeën en we zijn gezond. In het begin vond ik het allemaal angstaanjagend en bedreigend. Al die mensen die ziek werden en overleden. Vooral de berichten uit Italië… Ik ben geen zwartkijker maar in mijn hoofd zag ik die beweging langzaam over Europa trekken. Alsof het een van de plagen van Egypte was…’

Ik ben niet eens naar zijn begrafenis geweest. Oh, wat vond ik dat moeilijk. Nu ik het er over heb, emotioneert het me weer.’


Hoe ziet uw ‘thuis’ er uit?
‘Ik woon met mijn man. We hebben een grote tuin waar we heerlijk in kunnen zitten. ’

Hoe overbrugt u? Waar wordt u in deze periode blij van?
‘In de eerste week heb ik mijzelf direct een nieuwe gewoonte aangeleerd: om 17.00 gaan zitten met een boek. Ik gunde me eerder nooit tijd om te lezen. Maar ik vind het heerlijk. Het is zo’n fijn rustpunt op de dag. Ik ben begonnen aan naaiwerk dat er al heel lang lag. Wat klein verstelwerk. En ik heb mondkapjes geknipt voor een vriendin. Zij maakt mondkapjes voor kennissen in de zorg. Ik fiets en wandel ook veel met mijn man. Dat is ook fijn, hoor, dat je dat samen kunt doen. Een vriendin van mij is net weduwe geworden. Dan is het natuurlijk anders. [stilte] Ik ben niet eens naar zijn begrafenis geweest. Oh, wat vond ik dat moeilijk. Nu ik het er over heb, emotioneert het me weer.’

Wat neemt u uit deze tijd mee naar straks?
‘Het lezen ga ik er in houden. Om 17.00 uur zitten en lezen. En wat me opvalt: onze buren zeiden een paar keer: “Als we iets voor jullie kunnen doen, Henk en Rietje, zeg je het dan? Echt doen, hoor.” Zo’n lieve opmerking. Die warmte neem ik mee als fijne herinnering aan deze unheimische tijd. Onze kinderen hebben van begin af aan onze grote boodschappen gedaan. Dat vinden we ook zo geweldig. En als ze dan de boodschappen brengen, kletsen we even voor het huis. Soms zitten we met stoeltjes op de oprit. Die momenten zijn heel gezellig. Mijn man en ik fietsen ook zo nu en dan langs verzorgingshuizen waar alleenstaande kennissen van ons wonen. Dan zwaaien we. Een van hen woont op de begane grond. Op het gras voor haar appartement, kunnen we zo met haar praten. Die aandacht voor anderen hadden we altijd al wel, maar misschien mag het straks nog wat meer zijn.’

‘Die warmte neem ik mee als fijne herinnering aan deze unheimische tijd’

 

Als we ‘alles’ weer mogen, met wie gaat u dan samen eten?
‘Met onze kinderen en kleinkinderen. Bij ons thuis, in een gezellige setting. Ik wil graag van iedereen weten hoe zij deze tijd hebben ervaren. De ouders werken thuis, de kinderen gaan niet naar school. Alles is anders. Iedereen heeft een nieuwe ervaring in deze coronatijd. Met z’n allen aan tafel, dat beeld heb ik voor me. Desnoods laten we het eten verzorgen.’